Dieren & Planten

Planten

Planten hebben veel slimme trucs om te overleven in de woestijn:

 •Kleine dikke bladeren

Cactussen en vetplanten overleven in de woestijn door heel zuinig te zijn met water. Vetplanten hebben heel kleine, dikke blaadjes met een vetlaagje. Daardoor houden ze hun water goed vast. Het verdwijnt niet in de hete lucht. Cactussen hebben zelfs stekels gemaakt van hun blaadjes, die houden het water nóg beter vast.

 •Zaad blijven

Sommige planten blijven net zo lang zaadje tot er voldoende regen valt. Als dat gebeurt, groeien ze meteen supersnel, gebruikmakend van het water dat dan in de grond zit. Het plantje maakt zo snel mogelijk bloemen én nieuwe zaden en gaat daarna dood. Het nieuwe zaad overleeft en wacht weer op een nieuwe kans. Zo kan een zaadje wel 6 jaar wachten, voordat er weer genoeg water is gevallen om te gaan groeien. Hierdoor kan het gebeuren dat een dorre woestijn in één nacht veranderd in een bloemenzee!

•Water bewaren

Als het maar af en toe regent, ga je natuurlijk zuinig met water om. Je bewaart zoveel mogelijk en gebruikt maar kleine beetjes. Dat doen woestijnplanten ook. Als het regent zwellen cactussen helemaal op van al dat water dat ze opzuigen. Dat water gebruikt de cactus dan weer in de droge tijd.

  •Water stelen

Ook de plantenwereld kent dieven. We noemen ze parasieten. Stelende woestijnplanten hebben heel lange wortels. Met die wortels zuigen ze gewoon de wortels van andere planten leeg!

 •Blaadjes laten vallen

Wat bomen en planten bij ons alleen in de herfst doen, doen sommige woestijnplanten het hele jaar door. Als het lang te droog blijft, laat de plant zijn blaadjes vallen. Dat scheelt een hoop vochtverlies. Als het weer regent groeien de blaadjes weer pijlsnel aan.

Wist je dat...

•... planten van stenen houden?

Piepjonge plantjes zijn dol op de schaduw die een steen kan geven. Stenen in de woestijngrond zorgen dus voor het in stand houden van de plantengroei.

 •... sommige woestijnplanten zich vermommen als steentjes?

Dieren vinden ze niet en eten ze dus niet op. De planten worden daarom ook wel 'levende steentjes' genoemd. Dieren eten planten vanwege het water dat erin zit.

 

Slimme trucs van dieren

 

  • Binnen blijven
    Overdag vinden de meeste dieren het veel te warm in de woestijn. Zij zijn daarom pas 's nachts actief. Ze leven in holletjes onder de grond waar het lekker koel blijft. Vanaf één meter onder de grond is de temperatuur namelijk al aangenaam koel en constant. Op deze diepte zitten de meeste holen.
    De kleine woestijnzoogdieren hebben weinig drinkwater nodig. Ze halen al het vocht uit hun voedsel: zaden. Dat verwacht je niet, want zaden lijken droog. Toch zit er in elk zaadje een piepklein beetje vocht. Doordat de dieren zoveel zaad eten, krijgen ze toch voldoende vocht binnen. Sommige woestijnknaagdieren halen in erg droge tijden vocht uit hun eigen vet.

  • Grote oren
    Sommige hazen en vossen die in de woestijn leven hebben heel erg grote oren. Die grote oren zorgen ervoor dat het hele dier lekker koel blijft. In die oren zitten namelijk heel veel bloedvaten. Dus al het bloed stroomt door de oren. De oren vangen veel wind en dat koelt het bloed lekker af.

  • Parasol
    Terwijl de meeste dieren overdag in hun holletjes zitten gaat de grondeekhoorn er gewoon op uit. Hij heeft namelijk altijd een parasolletje bij zich. Zijn grote staart kan hij boven zijn hoofd krullen als zonnescherm.

  • Heel hard rennen
    Vogels koelen lekker af als ze hoog in de lucht vliegen. Maar niet-vliegende vogels hebben daar dus niets aan. Sommige vogels kunnen wél heel hard lopen en zo voldoende wind vangen. Dat doet de renkoekoek ofwel roadrunner. Deze vogel leeft in de woestijnen van Noord-Amerika en kan wel 40 km per uur lopen!

  • Geen gebakken eitjes
    Vogels in de woestijn beschermen hun eieren tegen de hitte. Anders zouden het allemaal gebakken eitjes worden. De woestijnleeuwerik legt zijn eieren in een boomnest, andere vogelsoorten leggen hun eieren in koele holletjes.

  • Speciale 'schoenen'
    Lopen in zand kan erg vermoeiend zijn. Dat vinden veel reptielen ook. Hagedissen zoals gekko's hebben een soort franje aan hun poten. Daardoor zakken ze niet in het zand weg. Zo kunnen ze razendsnel over het zand lopen. Skinken, ook een soort hagedissen, doen het weer anders. Zij 'zwemmen' als het ware door het zand. Bij gevaar kunnen ze in een oogwenk helemaal onder het zand verdwijnen.

  • Waterdicht vest
    Ook insecten leven zoveel mogelijk onder de grond om de hitte te vermijden. Ze hebben holletjes vlak onder het oppervlak. Ze halen al het water dat ze nodig hebben uit hun voedsel. Insecten verliezen weinig vocht door hun pantserachtige buitenkant. Zo'n pantser is namelijk waterdicht. Ze besparen ook water door weinig uit te ademen.

 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb